December 2011
Mijn kerstgevoel is weer vér te zoeken. Ondanks de muziek op
de radio, de opgetuigde boom in de kamer en de feestelijke verlichting in de
straten. Met mijn jas open vanwege de hoge temperatuur, wandel ik door de stad.
Kerstkadootjes kopen terwijl ik het gevoel heb dat de lente in aantocht is.
Gisteren zag ik in de tuin al hyacinten hun kopjes opsteken! Dit
jaar vieren we kerst bij onze oudste zoon. Gisteren heb ik samen met mijn
schoondochter de boodschappen al in huis gehaald. Toch zal deze kerst anders
dan voorgaande jaren zijn. Voor het eerst sinds het overlijden van mijn moeder,
zal mijn vader de kerstdagen weer gezamenlijk met ons vieren. Daar verheug ik
me dan weer wel op! We hebben hem gemist, net zoals we mijn moeder gemist
hebben. Het leek wel alsof ze er allebei niet meer waren! Ik glimlach in
mezelf, “zit je nu te stralen op je wolkje, mam?”
De ene na de andere winkel wandel ik in, op zoek naar iets
voor onze dochter. Ach, het gaat niet om de kado's het gaat om de saamhorigheid
die we voelen, als gezin. Die pakjes onder de boom zijn voor de gezelligheid!
Zelfs onze kleindochter van 4 heeft dat gevoel al. Ze vind het heerlijk om
kadootjes uit te delen en mee te helpen met uit pakken, daar legt ze zelfs haar
eigen kadootjes even voor apart. Als ik aan haar denk, overstroomt me een groot
geluksgevoel. Wat zijn we toch rijk met ons prachtige gezin. Wat wil een mens nou nog meer? Binnen drie
kwartier heb ik gevonden wat ik zocht en kan ik terug naar huis.
Ik betrap me erop dat ik een kerstliedje mee neurie, terwijl
ik de kadootjes voorzie van een glanzend papiertje. Ik kijk de kamer rond en
voel me tevreden. Op de kast het kerstdorpje dat ik in de loop van 33 jaar
verzameld heb. Het pronkstuk is natuurlijk het houten kerkje dat mijn
vader gemaakt heeft. Ik zie hem nog bezig, aan de keukentafel. Met een
figuurzaag en plaatjes triplex. Onder zijn vaardige handen ontstond een
prachtig kerkje en ik verheugde me op kerstavond, het moment waarop we de
kerstboom op gingen tuigen en het kerkje een prominent plekje zou krijgen. Na
jaren van kartonnen kerkjes zou dit een blijvend exemplaar worden. Inmiddels
maakt dit kerkje al weer jaren deel uit van mijn verzameling. Onze kleindochter
kan er niet genoeg naar kijken en streelt met haar kleine handje over de
treetjes van het rode trapje.
“Mag ik er een popje bij zetten, oma?”
Natuurlijk mag dat en ze plaatst een minuscuul klein
figuurtje bij de kleine deurtjes.
“Dat ben ik hè, oma? Ik ben de prinses en ik ga in dat mooie
kerkje trouwen.”Haar fantasie kent nog geen grenzen.
“Lees jij zo een sprookje voor? Dat verhaal van “Sarah” wil
ik horen!”
Ik weet wat ze bedoelt, het verhaal over “De sneeuwbol” dat
ik vorig jaar geschreven heb. Samen kruipen we op de bank, haar beentjes
opgetrokken, haar hoofdje tegen mijn arm. De lampjes in de kerstboom werpen een
zachte gloed over haar zwarte haartjes en ik voel zo'n wonderlijk sterke band
met dit kind. Het kind van mijn kind. Aan de zwaarte van haar hoofdje voel ik
dat ze in slaap is gevallen en ik streel haar zijdezachte huid. Voorzichtig, om
haar niet te wekken, laat ik haar langzaam tegen het kussen glijden en sla de
gebloemde plaid over haar heen. Haar handje, dat mooie bruine knuistje met die
aandoenlijk roze handpalm, hangt ontspannen over de rand van de bank. Op de
radio hoor ik een bekend melodietje voorbij komen en juist dat deuntje
herinnert me weer aan vervlogen kerstfeesten. Het riedeltje dat gefloten wordt, lijkt precies op de manier
waarop mijn vader fluit. Ooit zeiden mijn zus en ik tegen elkaar; “Als pa er
niet meer is, horen we elk jaar met kerst tóch zijn fluitje nog!”
Vreemd dat je eigenlijk achteraf pas weet hoe gelukkig je
toen was. Ik sluit het moment van nu in mijn hart, ik weet nu, op dit moment, dat
ik gelukkig ben!
Opeens vraag ik me af waar ik toch mijn oude sprookjesboek
gelaten heb en ik verdwijn naar boven. Op de logeerkamer hangen een aantal planken aan de muur, afgeladen met boeken. Alles staat kriskras door elkaar maar naast “Sprookjes van moeder de
gans” ontwaar ik de half verteerde wit
lederen band van mijn oude boek. Voorzichtig probeer ik het tussen de andere
boeken vandaan te trekken maar meteen schuiven de fotoalbums die ernaast staan,
mee de grond op. “Toe maar...nog meer rommel om op te ruimen!” Ik laat ze maar
even liggen en ga op de rand van het kleine bed zitten, het boek op mijn
schoot. Voorzichtig sla ik de beduimelde pagina's om op zoek naar de prachtige
gekleurde prenten. “Het meisje met de zwavelstokjes” en “De
rozenelf”. Ik verlies mezelf in de verhalen en ben weer even dat kind van toen.
Een kleine stem van beneden brengt me weer terug in het heden. Het boek blijft
achter op het kleine bed.
Op weg naar het kerstfeest op school, herinnert de kleine
zich dat we het verhaal niet af gemaakt hebben. “Morgen, schatje, morgen verteld oma
het sprookje nog een keer!” Met haar kleine hand in de mijne betreden we het
versierde klaslokaal. Op elke tafel staat een zelfgemaakt lantaarntje, gekleurd
papier achter de venstertjes geplakt. Een lichtje op elke tafel, 20 glunderende
snuitjes. Glanzende kinderogen, hun opgewonden stemmen klinken door de klas. En
dan weet ik het, dit is kerstmis!!
Die nacht verschijnen ze in mijn droom, hand in hand. Zij
draagt een donkerrode fluwelen cape, afgezet met bont. De capuchon half over
haar kastanjebruine krullen, lachende groen/bruine ogen. Zijn lange jas hangt
open en de panden wapperen in de wind, als vleugels verrijzen ze achter zijn
rug omhoog. De hoed heeft hij in zijn andere hand. Op de achtergrond klinkt
muziek en ze wenken me om samen met hen te dansen. Hun handen raken de mijne en
er is blijdschap in mijn hart. Dan gaan we op het bankje aan de rand van het
plein zitten. De lantaarns werpen met hun gelige licht, kringen op de keien. De
man kijkt me aan met zijn stralende blauwe ogen, hij glimlacht en streelt mijn
gezicht.
“Begrijp je het nu?” vraagt hij.
“Nee, ik begrijp er helemaal niks van!”
“Begrijp je niet dat het pad gevolgd hebt dat voor jou
bedoeld was? Je moeder begreep het wel!”
Ik kijk in haar prachtige ogen en zie de liefde die ik zo
node mis. Ze lacht naar me en wijst op het boek dat op haar schoot ligt. Het is
mijn oude sprookjesboek. En dan begrijp ik het! Zij hebben mijn liefde voor
verhalen gevoed door me te laten lezen. Mijn fantasie geprikkeld en me laten
geloven in sprookjes. Op mijn schoot ligt een nieuw boek, wit leren kaft met
gouden letters “Sprookjes van Marianna”. De eerste pagina’s zijn al gevuld met
mijn eigen verhalen en prachtige prenten waarin ik de hand van de kunstenaar
herken; mijn vader!
Een mooier kerstgeschenk had ik niet kunnen krijgen, mijn
eigen kerst-engelen gaven me de moed en inspiratie om te schrijven en
ooit....ooit ligt mijn sprookjesboek onder de boom.
Dit verhaal draag ik op aan mijn moeder; Teuntje Helena Hofstede 17/02/1939 - 11/04/2008
Prachtig Marianna!
BeantwoordenVerwijderenWederom dankjewel Sonja voor het lezen en je reacties!! ~xxx~
VerwijderenWat kun je prachtig een sfeer neerzetten. Mooi...
BeantwoordenVerwijderenInderdaad een geweldig cadeau gekregen. Bijzondere moeder om zoiets te geven...mooi dat de kleindochter ook zoveel fantasie heeft...gaat het door en door en door. Een ontroerend verhaal, Marianna !
Mieke ook jij bedankt voor het trouw volgen van mijn verhalen en je reacties daarop!! Inderdaad de kleindochter houdt nét zoveel van sprookjes en lezen ( wat ze dus al kan!! Ze is 5)dus de appeltjes blijven vallen en niet eens zover van de boom!! ;))
Verwijderen